Afbeelding
Foto: c) creativecommonsstockphotos | Dreamstime.com

Rijmelarij-deel twee

Als ik dan toch loop te pochen dat ik zo goed kan rijmen, waarom deel ik dan niet wat tips met jullie? Ik voeg dus graag de daad bij het woord. Let goed op: met deze tips heb jij straks snel gescoord.

Rijm het liefste met zijn twee, die ander helpt je vast goed mee. Zoek een rijmpartner die houdt van een grap, dan is dat versje er heel rap!

Gebruik ook eens een ander woord, dat heet synoniem. Schrijf bijvoorbeeld ceintuur in plaats van riem.

Het rijmwoordenboek, dat is je steun en toeverlaat. Ook online zijn veel rijmwoorden paraat.

Lees je gedicht eens zelf hardop, dan hoor je meteen waar het nog stropt.

Dat ene lettertje verschil aan het eind maakt niet uit zoals je hierboven ziet, dat hoor je bij het lezen niet.

Ook de klemtoon is een belangrijk punt in je vers. Een goede klemtoon is op je taart een kers.

Draai dus gerust ook die zinsvolgorde om, in heel veel gedichten zijn de zinnen krom.

Hoe start je eigenlijk een leuk gedicht? Bekijk het eens vanuit een ander gezicht!

Bekijk je gezin eens vanuit de hond, de kat of de kanarie, desnoods kijk je door de bril van ome Arie.

Altijd die Sint die weer na moest denken, die man heeft wel wat beters te doen. Laat die schoen maar lekker aan je voeten, en vergeet ook die kapoen.

Plagen in een versje mag, let op: kritiek geef je altijd alleen met een lach. Want beledig je iemand in een gedicht? Dan komt de rijdende rechter in zicht!

Overdrijven is natuurlijk een slimme zet, dat geeft jou als dichter alleen maar meer pret.

Sommige woorden zie je alleen rond de Sint, zoals pret, jolijt en lieve kind. Geen probleem, zet ze er lekker in, zo wordt je vers snel naar je zin.

Met deze tips kun jij vast vooruit, dus deze column is nu uit!

Manon Kummer