Afbeelding
Foto:

Boterham

Vorige week eindigde ik mijn column met de vraag of jullie ook zin kregen in een boterham (met tikfoutje, oeps). Meteen daarop dacht ik: Maar dat boterham blijft toch ook een raar woord. Dus daar ben ik eens ingedoken. Want waarom zeggen we dat eigenlijk zo?

Het eerste deel van het woord boterham: 'boter' is redelijk duidelijk. Vroeger werd een stuk brood met alleen boter gegeten of met alleen kaas of ham. De 'ham' uit het woord komt waarschijnlijk uit een spelling van vroeger. Vroeger was de spelling boteram of boterram. Een rammel (of remmel) is een ouderwetse benaming voor een snee brood. In Vlaanderen noemt men geroosterde broodjes wel eens 'rammekes'. En sommige mensen zeggen ook wel 'bammetjes'. Of zit het toch anders?
Ham betekende waarschijnlijk oorspronkelijk ‘hoek aangeslibd land'. De betekenis van boterham zou dan oorspronkelijk zijn: ‘brok, kluitje boter'. Ze aten vroeger hompen brood en geen dunne sneetjes. 'Boterhomp' komt ook in de buurt van 'boterham'. De betekenis ‘snede brood' zou daar later uit zijn ontstaan. Het klinkt niet zo smakelijk, homp. Maar ja, als je niet van ham houdt, klinkt dat weer niet zo lekker. Ik moest ook denken aan een vakantie in Frankrijk. Daar organiseerde men op de camping een Open podium. Eén van de artiesten die zich had aangemeld heette Bo ter Ham. Wij vonden dat ontzettend grappig, maar er blijken best veel mensen echt zo te heten! Kijk maar eens op Facebook. Ook Bo Terham komt voor. Natuurlijk hebben deze mensen (er zijn zowel mannen als vrouwen met deze smakelijke naam) te kampen met veel flauwe grappen. Je kunt veel plezier hebben met zoeken naar namen als Fri Kandel (ja die bestaat) en Kaas Kop (woont in Zuid-Afrika).
Zo zie je maar dat de dingen die je dagelijks ziet nog steeds kunnen inspireren!

Manon Kummer